Banner-top

 

Tiny Forests

tiny forest almere 3 zomer 1 lr 2En opeens waren ze daar, 3 Tiny Forests in ons IVN-gebied Dintel- en Marklanden. Op 10 en 11 november 2021 plantten circa 200 leerlingen van basisscholen De Toren in Zevenbergen en Aventurijn in Standdaarbuiten een Tiny Forest aan in de buurt van hun school. Daarbij kregen ze hulp van de gemeente Moerdijk en IVN Dintel- en Markladen. De leerlingen waagden zich met laarzen in de modder en de klei en plantten allerlei inheemse bomen en struiken. Een Tiny Forest in Langeweg volgde in dezelfde periode. De kinderen maakten niet alleen hun handen vies. Zij kregen ook verschillende lespakketten aangeboden door IVN landelijk.

Bestuurslid Pim van de Boor was nauw betrokken bij de 3 projecten en samen met hem neem ik een kijkje bij de Forests. Wat als eerste opvalt is de kleine oppervlakte van de mini-bossen. Pim: ‘de minimale oppervlakte is de oppervlakte van een tennisveld. Maar hoe groter hoe beter natuurlijk. Deze drie Tiny Forests zijn klein gebleven’.

Maar wat is nu een Tiny Forest? “Het is een dichtbegroeid, inheems bos waar het goed toeven is voor insecten, (kleine) zoogdieren en mensen. En voor scholen is het een soort buitenlokaal waar (natuur)onderwijs gegeven kan worden”, aldus de landelijke IVN-website.

Het tweede wat ons opvalt zijn de grote verschillen in groei. In Standdaardbuiten zijn de planten ongeveer 1 à 1,5 meter. In Zevenbergen kun je er niet overheen kijken en in Langeweg zijn ze nog veel hoger. Wat een verschil! Pim vertelt dat het gebrek aan groei in Standdaardbuiten verklaard kan worden door de slechte ondergrond. Normaal wordt bij elk Tiny Forest flink gegraven en worden plantenresten door de grond gemengd voordat het planten kan beginnen. Echter na een halve meter stuitte de graafmachine in Standdaardbuiten op grondwater en zuurstofloze klei. Je ziet ook aan de beplanting terug dat het geen geschikte grond is voor de meeste soorten.

In de drie bossen staat de vegetatie inderdaad dicht op elkaar en in alle drie Forests zijn dezelfde soorten aangeplant. Het zijn allemaal autochtone inheemse planten. En dat is belangrijk want in Nederland is nog maar 3% van de bomen autochtoon inheems. En meer dan de helft van deze ongeveer 100 soorten is bedreigd.

Ik vraag me af of zo’n klein bosje echt een verschil kan uitmaken voor de omgeving. En dat doet het. De universiteit van Wageningen deed na 4 jaar onderzoek en wat blijkt; de temperatuur is in de zomer in een Tiny Forest veel lager dan op straat. Ze geven steden een boost in biodiversiteit en ze vangen bij hevige regenval, veel water op. Ook zorgen ze voor een betere luchtkwaliteit en minder stress bij mensen.  Dit waren precies de beoogde doelen bij de start.

Dat er ook een Tiny Forest staat in Langeweg is te danken aan Theo Schouwenaars. Hij is als vrijwilliger o.a. betrokken bij IVN als educatie-medewerker. ‘Ik was meteen enthousiast toen ik hoorde over de Tiny Forests’, vertelt Theo. ‘Ik zit mijn hele leven al in het agrarisch groen.

‘Langeweg is een echt “kleidorp.” Ooit is gekozen om dit gebied volledig te benutten voor akkerbouw. Alle sloten werden recht getrokken, bomen werden gekapt en de houtwallen verdwenen. Geproduceerd moest er worden. Een beslissing die nu wordt betreurd, maar moeilijk is terug te draaien. Het verwezenlijken van een Tiny Forest betekent dat het groen weer een beetje wordt teruggebracht in het gebied. Om mijn doel te bereiken, maakte ik gebruik van mijn contacten in Langeweg. Het scheelt dat ik veel contacten heb door mijn vrijwilligerswerk bij o.a. de wijkvereniging. Ik kon zo goed mijn voelhorens uitsteken. Iedereen die ik sprak was enthousiast.’

De gemeente wees de plek aan; een park bij de parochie.  Veel mogelijkheden waren er overigens niet, want er is in deze omgeving weinig groen. De lokale school hielp mee. Helaas is de school inmiddels gesloten. Gelukkig heeft Theo ook goede contacten met de school waar veel kinderen naar toe zijn gegaan; De Hoeksteen in Zevenbergschen Hoek. Ook hier geeft hij les en gebruikt hij het Tiny Forest als buitenlokaal. Toch is het niet genoeg voor deze vrijwilliger. Graag zou hij nog een stukje grond willen aankopen en deze gebruiken voor groene doeleinden. 
Zelf ook aan de slag met het planten van inheemse bomen in eigen tuin? Volgende Klamper meer over het IVN-project “Tuiny Forests”.

Mariëtte Zeedijk